Suiker was voor Dordrecht eeuwenlang niet alleen belangrijk als ‘nieuw’ voedingsmiddel, maar vooral vanwege de plaatselijke handel en nijverheid. Het begon in 1621 met de oprichting van een eigen Dordtse kamer van de West-Indische Compagnie, als onderdeel van de ‘Kamer op de Maze’, waarin ook Rotterdam en Delft deelnamen. Het kantoor van de Dordtse kamer werd gevestigd in het ‘West-Indisch Huis’ op de kop van de Wijnstraat. Op de plek van dit huis en de twee panden daarnaast, werd in 1735 door een suikerraffinadeur het nog bestaande imposante woonhuis gebouwd. Boven de deur werd als versiering een houten ‘suikerbrood’ aangebracht, omwikkeld in het traditionele blauwe papier. Nog steeds staat dit gebouw bekend als het ‘West-Indisch Huis’. Het herinnert aan de periode waarin Dordtenaren uitzwierven naar Brazilië, Suriname en later ook Oost-Indië om daar (suiker)plantages te stichten.
De eerste suikerraffinaderij in Dordrecht werd opgericht in 1686 en de laatste werd opgeheven in 1870. In de 18de eeuw waren er in Dordrecht zestien suikerraffinaderijen in bedrijf. Diverse gebouwen van voormalige suikerraffinaderijen zijn nog aanwezig in de Dordtse binnenstad, zoals de pakhuizen achter het West-Indisch huis en De Speykermandt aan de Kuipershaven, Stokholm aan de Wolwevershaven, ‘Merz’ en ‘Dolderman’ aan de Kalkhaven, en ‘de Suikerfabriek anno 1733’ aan de Hoge Nieuwstraat. Ook locaties van verdwenen suikerraffinaderijen zijn vaak nog herkenbaar in de binnenstad omdat na de sloop relatief grote open plekken overbleven, waar later bijzondere nieuwbouw is gekomen (wijnpakhuis Bordeaux, huis Cronenburg, ‘Beaumont’, ‘Rust Roest’). De suikerraffinadeurs werden vaak in relatief korte tijd erg rijk, wat zijn weerslag vond in een aantal nog bestaande grote woonhuizen: het West-Indisch Huis, ‘de Stoomdrukkerij’ en ‘de Wereldwaag’ aan de Wijnstraat, de twee hoekhuizen aan de Nieuwe Haven tegenover de Lange IJzerenbrug, ‘Henri Beer’ aan het Bagijnhof, enz.
Vaak waren de stichters van de suikerraffinaderijen afkomstig uit Duitsland. Deze families hielden lange tijd nauwe onderlinge banden in stand: ‘suiker trouwde met suiker’. Met name de families Wilkens, Backer, Dam, Vriesendorp en Van der Elst waren toonaangevend. In de loop van de 19de eeuw verdween de suikerraffinage uit de binnenstad van Dordrecht. Voor de toen opkomende fabricage van suiker uit bieten was een grootschaliger aanpak noodzakelijk. In 1864 werd een suikerfabriek opgericht net buiten de stad aan de Oude Maas. Deze hield tot het begin van de 20ste eeuw stand. Uiteindelijk zou de suikernijverheid zich vestigen in de provincie, ondermeer in het nabijgelegen Puttershoek (1913).
Behalve deze plaatselijke geschiedenis, bevat het boek artikelen over het belang van suiker voor de cultuurgeschiedenis, alsmede over de diverse aspecten van de overzeese handel, de suikerrietaanplant op de plantages, het vervoer van de ruwe suiker en de techniek van de suikerraffinage.
Een Zoete Belofte
Subtitel: Suikernijverheid in Dordrecht (17de-19de eeuw)
ISBN/EAN: 978-90-812135-7-8
Samenstellers: Kees Sigmond, Sjoerd de Meer
Werkgroep: Jan Willem Boezeman, Marijke Brand, Irene Dewald, Louis van Empelen, Lodewijk Hulsman, Sjoerd de Meer, Kees Sigmond
Uitgever: Vereniging Oud-Dordrecht
Illustraties: Afbeeldingen in zwart/wit en kleur
Aantal pagina’s: 228
Verschijningsdatum: 21 maart 2013
Winkelprijs: € 15,95
Dit jaarboek van Oud-Dordrecht is te bestellen via publicaties@oud-dordrecht.nl
NB. Het boek is ook integraal te lezen via WIKIMEDIA